Deprecated: Creation of dynamic property Acf_Field_Google_Fonts::$font_family is deprecated in /www/auxilionl_446/public/wp-content/themes/stuurlui/functions/acf/class-acf-field-google-font-selector.php on line 42
Medische beroepen Archieven - Auxilio

Uitgelicht Tropengeneeskunde

Heb je altijd al gedroomd van een carrière als arts in het buitenland, vooral in tropische gebieden? Dan is de specialisatie tot Arts Internationale Gezondheidszorg en Tropengeneeskunde wellicht iets voor jou. Deze opleiding biedt de mogelijkheid om je verder te specialiseren na het behalen van je masterdiploma geneeskunde. Het is een relatief nieuwe opleiding die van groot belang is, niet alleen voor het buitenland, maar ook voor de Nederlandse samenleving en gezondheidszorg.

Tijdens de specialisatie tot Arts Internationale Gezondheidszorg en Tropengeneeskunde leer je alles wat nodig is om een dieper inzicht te krijgen in epidemieën, importziekten en andere aspecten van de tropengeneeskunde. Daarnaast speelt interculturele geneeskunde, public health en het management van de gezondheidszorg een belangrijke rol. Je leert hoe je zorg kunt verlenen, zelfs onder armoedige en uitdagende omstandigheden.

De opleiding bestaat uit twee klinische onderdelen waarin je werkzaam bent in een Nederlands ziekenhuis. Je kunt kiezen tussen chirurgie of kindergeneeskunde en obstetrie/gynaecologie. Daarnaast omvat de opleiding ook een klinisch onderdeel dat in het buitenland plaatsvindt. Er worden tevens regelmatig studiedagen georganiseerd waarin onderwijs wordt gegeven over onderwerpen zoals public health. De klassieke opleidingsstroom omvat de onderdelen heelkunde en verloskunde/gynaecologie. Er is echter ook een alternatieve Moeder & kindstroom waarin je de heelkunde inruilt voor kindergeneeskunde.

De duur van de opleiding is 2 jaar en 3 maanden. Elk jaar is er plaats voor ongeveer 20 à 25 basisartsen, verspreid over verschillende opleidingslocaties in heel Nederland.

Uitgelicht: Sportgeneeskunde

Iedereen weet dat sporten gezond is. Toch kan het uitoefenen van een sport ook voor de nodige problemen zorgen. Bijvoorbeeld overbelasting van bepaalde spiergroepen. Als sportarts ben jij verantwoordelijk voor het herstellen, verbeteren en waarborgen van de gezondheid van sporters. Daarbij houd je rekening met de belastbaarheid van de sporters en sport specifieke belasting.

De werkzaamheden van een sportarts bestaan onder andere uit het verrichten van consulten en adviseringsgesprekken over sportbeoefening, het uitvoeren van inspanningstesten en preventieve sportmedische onderzoeken. Ook sportmedische begeleiding van individuele sporters en teams behoort tot het vakkenpakket. Hieronder vallen ook de topsporters.

Daarnaast kun je je kennis inzetten voor de revalidatie van patiënten met een chronische aandoening, denk aan oncologische revalidatie of bij iemand met een hart- of longaandoening.

Er behoren dus een hoop werkzaamheden bij de sportgeneeskunde. Dit betekent ook dat je op verschillende locaties aan het werk kan. Neem bijvoorbeeld een Sportmedisch Adviescentrum (SMA), een sportorganisatie of een SportGeneeskundige Afdeling (SGA).

De opleiding tot sportarts duurt 4 jaar. Jaarlijks is er plek voor 7 nieuwe instromers. Het bijzondere aan de opleiding is dat het een profiel is binnen de Sociale Geneeskunde. Na de opleiding ben je ‘Arts Maatschappij en Gezondheid’ met als toevoeging ‘Sportarts’.

Het is een brede opleiding met stages binnen veel verschillende specialisaties. Zo loop je een jaar bij de orthopedie, negen maanden bij de cardiologie, drie maanden bij de longgeneeskunde, drie maanden bij de huisarts en 1,5 jaar bij de sportgeneeskunde zelf. Daarnaast is er nog een periode van 3 maanden gereserveerd voor wetenschappelijk onderzoek.

 

Uitgelicht: wat doet een Anesthesioloog?

Vind je het leuk om op OK te staan, maar wil je liever niet werken binnen een snijdend specialisme?
Misschien dat een baan als anesthesioloog dan iets voor jou is.

Zoals je mogelijk al weet is de anesthesiologie betrokken bij het verdoven en in slaap brengen van een patiënt voor een operatieve ingreep. Tijdens de operatie ben je verantwoordelijk om de vitale lichaamsfuncties in de gaten te houden. Denk aan de hartslag en saturatie. Het begrijpen van de fysiologie van het menselijk lichaam is dus erg van belang. Je moet alvast vooruit kunnen denken aan de hand van de gegevens die je op dat moment hebt. Ook moet je snel kunnen handelen in een situatie waarbij de patiënt opeens achteruit gaat. Daarnaast blijf je na de ingreep ook nog even betrokken bij de patiënt.

Op de uitslaapkamer kan jouw expertise soms nodig zijn. Maar eigenlijk begint jouw werk al voor de operatie. Tijdens een poliklinisch of telefonisch consult schat je in hoe de conditie van de patiënt is en of de benodigde ingreep kan plaatsvinden.

Het is een baan waarin je veel samenwerkt met onder andere chirurgen en OK-assistenten. Communicatie is dus erg belangrijk. Maar ook technische kennis speelt een grote rol. De opleiding duurt 5 jaar, waarbij er jaarlijks plek is voor 61 nieuwe AIOS’en.

Tijdens de opleiding ben je betrokken bij de pre-, peri- en postoperatieve anesthesiologische zorg. Zowel bij operatieve als diagnostische ingrepen. Ook bevat de opleiding een stage van 3 maanden bij het pijncentrum. Daar leer je alles over pijnbehandeling bij patiënten met acute en chronische pijn. Dit is namelijk ook een onderdeel van de anesthesiologie.

Uitgelicht: Algemeen militair arts

Heb je als kind weleens nagedacht over een beroep als militair bij het leger? Of kwam je er juist gaandeweg achter dat een beroep als arts ook goed bij je zou passen. Als algemeen militair arts (AMA) kun je beide beroepen met elkaar combineren!

Door betrokken te zijn bij preventieve, curatieve en bedrijfsgeneeskundige onderdelen van de gezondheidszorg speel je een sleutelrol in de zorg van de Koninklijke Landmacht. Voor de bedrijfsvoeringstaken kun je ook ingezet worden als manager.  De algemeen militair arts is de coach en leidinggevende van het medisch team. Maar daarnaast werk je ook als adviseur van de operationele commandant. Een erg veelzijdig beroep dus.

Net zoals elke militair werk je niet alleen op een kazerne. Je gaat ook op oefening en wordt uitgezonden op vredesmissies. Denk aan missies in Irak, Tsjaad, Somalië en Afghanistan.

Tijdens de opleiding word je als algemeen militair arts voorbereid op het werk als onderdeelsarts in Kazernes in Nederland, maar ook voor oefeningen in binnen- of buitenland. Om de functie te kunnen uitvoeren moet je eerst een verkorte officiersopleiding voltooien. Gedurende 10 weken word je op de Koninklijke Militaire Academie in Breda opgeleid. Hierna vervolg je de studie middels de aanvullende vakgerichte opleiding aan het Instituut Defensie Geneeskundige Opleidingen (IDGO) in Hollandsche Rading gedurende twee jaar. Belangrijk om te weten is dat er één opleiding is voor zowel Marine, Landmacht als Luchtmacht.

Op dit moment is de AMA geen erkend medisch specialisme met aparte BIG-registratie. Toch zijn er meerdere modules erkend door verschillende specialismen waardoor je korting kan krijgen voor de specialistenopleiding tot huisarts of bedrijfsarts. Drie modules zijn te vinden in de opleiding, namelijk forensische geneeskunde, huisartsgeneeskunde/spoedeisende hulp of arbeid & gezondheid.

Werken als junior triagist: ideale bijbaan naast coschappen?

Een van mijn vriendinnen studeert net als ik geneeskunde. Via Auxilio werkt ze naast haar coschappen als junior triagist in Groningen. Afgelopen week heb ik haar een aantal vragen gesteld. Hopelijk krijg jij op deze manier een indruk van wat het werken als junior triagist inhoud.

Hoe ziet een dienst als junior triagist er ongeveer uit?

Aan het begin van je dienst start je alles op. Denk aan een telefoon inclusief headphones, eventuele hulpmiddelen zoals thuisarts.nl, het farmacotherapeutisch kompas, het kinderformularium en een drive met informatie over de verschillende posten.

Daarnaast log je in en meld je je aan bij de huisartsenpost waar je die dienst voor werkt. Zij geven je gegevens over bij wie je die dienst terecht kunt voor vragen, wie de regiearts is (huisarts bij wie je hulp kan vragen) en vertellen je of er eventuele bijzonderheden zijn. Dan ga je bellen, je neemt de eerstvolgende patiënt in de wachtrij. Als er tussendoor een spoedtelefoontje komt kun je ook die opnemen.

Tijdens het gesprek begin je met de ABCDE en het controleren van de gegevens. Hierna probeer je het verhaal verder duidelijk te krijgen, met behulp van NTS triage.

Je kiest een ingangsklacht en stelt de hierbij behorende vragen om de urgentie duidelijk te krijgen. Dit varieert van U1 t/m U5, waarbij U1 staat voor levensbedreigend en U5 staat voor het geven van advies. Eventueel overleg je met de regiearts als je ergens over twijfelt of als er medicatievragen zijn. Dan dien je een vervolgactie te ondernemen, dit hangt dus af van de urgentie die je hebt bepaald.

Vervolgacties zijn bijvoorbeeld:

  • het sturen van een ambulance;
  • een afspraak maken bij de huisartsenpost;
  • of het geven van telefonisch zelfzorgadvies.

Ook is het belangrijk om altijd alarmsymptomen te benoemen aan het einde van het gesprek. Onder andere wanneer iemand opnieuw contact moet opnemen. Na het telefoontje zorg je dat de administratie van het gesprek op orde is. Vervolgens ga je verder met het volgende belletje. Dit gaat de hele dienst zo door. Aan het einde van de dienst meld je je weer af bij de huisartsenpost.

Wat vond je de meest indrukwekkende casus?

Tijdens mijn opleiding tot junior triagist kreeg ik een moeder aan de telefoon die haar dochter net had opgehaald bij een treinspoor. Haar dochter had overwogen om zelfmoord te plegen. Deze casus is me altijd bijgebleven omdat het de eerste keer was dat ik met zo’n psychiatrische casus te maken kreeg. Ik vond dit tot nu toe ook meteen een van de heftigste telefoontjes waar ik mee te maken heb gehad.

Uiteindelijk heb ik haar wel hulp kunnen bieden. Verder komen er echt de meest diverse klachten langs, van iemand met de hik tot (lichte) trauma’s. En vele ouders die bellen voor hun kinderen.

Wat vind je de grootste voordelen van deze bijbaan tijdens je coschappen?

Zoals net al genoemd zijn de klachten waarvoor mensen bellen erg divers. Dit maakt het een super leerzame bijbaan, omdat iedere situatie weer anders is en je daar naar leert te handelen.

Ook leer je om efficiënt gesprekken te voeren, omdat je natuurlijk in zo kort mogelijke tijd juist moet kunnen handelen. Alle gesprekken worden opgenomen en eens in de zoveel tijd krijg je ook feedback. Aan de hand daarvan kan je jezelf weer verder verbeteren. Verder zijn de uren vrij flexibel in te delen en is het salaris ook niet verkeerd.

Ben je helemaal enthousiast naar aanleiding van dit verhaal? Bekijk dan onze vacature voor junior triagist in Groningen (of in één van de andere studentensteden waar we actief zijn).

Uitgelicht! Radiologie

Heb jij interesse in techniek? En wil je graag een centrale rol spelen bij beeldvormende diagnostiek en interventies? Dan is de radiologie misschien wel iets voor jou!

Een radioloog is dagelijks bezig met het maken van röntgenfoto’s, echo’s, CT-, en MRI-scans. Het verkregen beeldmateriaal wordt vervolgens tot in de kleinste details onderzocht.
Mocht je denken dat een radioloog de hele dag naar foto’s kijkt dan heb je het mis. Ook therapeutische mogelijkheden behoren tot de bezigheden. Je kan denken aan behandelingen waarbij beeldvormende technieken nodig zijn. Bijvoorbeeld bij het verhelpen van vernauwingen in de galwegen of bij drainage van abcessen. Dit betekent dat het patiëntcontact relatief kort is. Daarentegen is er veel contact met collega’s. Overleg over de geschikte vorm van diagnostiek is een dagelijkse bezigheid. Een voordeel van de specialisatie is dat het continue in ontwikkeling blijft, het is dus dynamisch en veelzijdig.

De specialisatie tot radioloog duurt 5 jaar. Tijdens de opleiding leer je alles over de verschillende soorten diagnostiek. Van angiografie tot nucleaire in-vivo-diagnostiek. Ook de mogelijkheden en beperkingen van de apparatuur worden onder de loep genomen. Daarnaast leer je natuurlijk hoe je de beelden moet beoordelen en wat er in de verslaglegging moet komen te staan. Als laatste krijg je onderwijs over de juiste beschermingsstrategieën tegen de straling.

De gelukkige arts

Als student heb je flink gestudeerd, als coassistent heb je veel meegemaakt. Na al die jaren ben je eindelijk arts. Zo gelukkig als het maar zijn kan zou je zeggen. Maar hoe blijf je gelukkig gedurende je carrière? En zijn er nog verschillen binnen de verschillende specialisaties?

In 2012 is er via het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde een onderzoek gedaan naar het geluk van dokters en medisch studenten. 401 mensen deden uiteindelijk mee aan het project. Er werden vragen gesteld over wat algemene kenmerken en naar geluk. De gouden standaard om erachter te komen hoe gelukkig iemand is, is door het simpelweg te vragen en er een cijfer aan te geven. Hieronder een aantal leuke feitjes uit het onderzoek.

1.Gemiddeld gaven de medisch geschoolde participanten hun ‘geluk’ een 7,6. Dit is hetzelfde als het landelijk gemiddelde. Daarnaast zijn ouderen vaak gelukkiger dan jongeren.
2.De huisartsen zijn met een gemiddeld cijfer van 7,9 gelukkiger dan specialisten in het algemeen. Binnen de specialismen zijn artsen die werkzaam zijn in de ‘kleine specialismen’ zoals de dermatologie en KNO het gelukkigst met een 8,3. Studenten geven hun geluk gemiddeld een 7,1. De lagere score bij medisch studenten heeft hoogstwaarschijnlijk te maken met de studielast en onzekerheden passend bij de levensfase.
3.De minst gelukkige specialisten zijn de psychiaters (6,8) en de snijdende collega’s (7,1). De mogelijk ongunstige werktijden bij de chirurgen kunnen een rol spelen.
4.De woonplaats is ook determinant die is onderzocht. Hieruit bleek dat medici die in Midden-Nederland, het noorden van het land en Zuid-Holland wonen het gelukkigst zijn met een 7,8. Artsen uit delen van Noord-Holland en uit het oosten van Nederlands scoren het laagst met een 7,1.
5.‘Liefde en relatie’ en ‘gezin en familie’ dragen volgens de deelnemers het meest bij aan een gelukkig gevoel.
6.Veel tijd aan patiëntencontact besteden heeft geen directe invloed op het geluk. Er is geen verschil in cijfer tussen artsen die >70% van hun tijd daaraan besteden ten opzichte van hun collega’s die dat minder ook. Het geluksgevoel wordt wel verhoogd door een deel van de werktijd te besteden aan andere activiteiten, zoals onderzoek, onderwijsactiviteiten of managementfuncties.

Tot slot is het belangrijk om te benoemen dat het gaat om een onderzoek van 10 jaar geleden. De cijfers zijn hoogstwaarschijnlijk veranderd aangezien het werkklimaat ook is veranderd. Een arts is
meer tijd kwijt aan administratie, de druk op de zorg is groter dan ooit en het patiëntcontact is verminderd.

De tolkentelefoon

Nederland is een multicultureel land waarin meer talen worden gesproken dan alleen Nederlands. Als arts in spé zie ik regelmatig het woord ‘tolkentelefoon’ staan in het elektronisch patiëntendossier. Dan vraag ik me toch af hoe dat dan in zijn werk gaat. Vandaar een korte uitleg, voor jou en mij.

De tolkentelefoon is een dienst die je verbindt met een tolk op elk moment van de dag. Global Talk is de organisatie die gebeld kan worden en het geheel regelt. Ziekenhuizen, GGZ-instelling maar ook politiebureaus, asielzoekerscentra en rechtbanken zijn hierbij aangesloten. Wanneer je het nummer belt is het allereerst belangrijk om aan te geven voor welke taal een tolk nodig is en voor hoe lang. Tijdens het gesprek krijg je een specialist aan de telefoon die jou of direct gaat doorverbinden met een tolk of voor jou een reservering regelt met een datum en tijd die voor jou geschikt is.

De tolkentelefoon is in principe 24/7 beschikbaar. Dit kan handig zijn tijdens spoedsituaties op de eerste hulp. De tolken beheersen de medische termen waardoor dit geen belemmering hoeft te zijn. Er zijn meer dan 200 talen beschikbaar van over de hele wereld. Denk bijvoorbeeld aan Hongaars, maar ook Baloetsji wat wordt gesproken door mensen in delen van Pakistan, Iran en Afghanistan.

Op de website van Global Talk zijn positieve verhalen te lezen. Zo schrijft een GZ-psycholoog dat de tolkentelefoon ervoor zorgt dat patiënten in hun eigen taal hun verhaal kunnen doen. Hierdoor
ontstaat begrip tussen de behandelaar en patiënt. Een onmisbaar onderdeel dus.

Mocht je in de toekomst een patiënt voor je hebben die de Nederlandse taal niet (goed) beheerst, zoek dan het telefoonnummer van de tolkentelefoon weer even op.

Uitgelicht!

Arts voor verstandelijk gehandicapten (Arts VG)

Wil jij je graag specialiseren in een breed terrein, maar je toch focussen op een specifieke doelgroep? Dan is de specialisatie tot arts voor verstandelijk gehandicapten wellicht iets voor jou.

Arts voor verstandelijk gehandicapten (Arts VG)

Het beroep is gericht op het controleren en verbeteren van de gezondheidstoestand van verstandelijk beperkten. Deze populatie heeft vaak meer en ook andere gezondheidsproblemen dan de gemiddelde mens. Denk bijvoorbeeld aan iemand met het syndroom van Down. De kinderen worden vaak geboren met een hartafwijking en er is meer kans op problemen met de ademhaling.

Ook hebben mensen met het downsyndroom vaker problemen met zien en horen. Daarnaast zijn er vaak gedragsproblemen. Zoals je leest komen er al heel wat medische disciplines voorbij. Voor jou als arts de taak om het geheel te behandelen of er adviezen over te geven. Dat doe je natuurlijk niet alleen. Er wordt veel samengewerkt met andere medische disciplines.

De werkzaamheden vinden meestal plaats binnen een zorginstelling voor mensen met een verstandelijke beperking. Toch wordt er steeds meer zorg verleend op poliklinieken.

Opleiding Arts voor verstandelijk gehandicapten

De opleiding tot Arts VG duurt drie jaar. In het eerste en derde jaar werk je in een zorginstelling. Je leert steeds zelfstandiger omgaan met de problematiek.

In het tweede jaar zijn er stagemogelijkheden in andere medische vakgebieden, zoals de psychiatrie, klinische genetica of revalidatie. Allemaal disciplines die nuttig zijn voor een arts VG. Een dag in de week vindt er onderwijs plaats in het opleidingscentrum in Rotterdam. De overige praktijkdagen kunnen op meerdere plekken in het land plaatsvinden.

Uitgelicht! Ziekenhuisarts

Een ziekenhuisarts zal je niet in elk ziekenhuis tegenkomen, het is een relatief nieuwe vervolgopleiding. Deze groep artsen zijn dé generalisten onder de specialisten, en zien daarmee de hele patiënt. Ze spelen met name een grote rol bij patiënten met veel comorbiditeit, waarbij verschillende vakgebieden aan bod komen. Ze zijn werkzaam op zowel snijdende als beschouwende afdelingen.

Diverse stages tijdens de opleiding tot ziekenhuisarts

Als ziekenhuisarts in spé kan je een brede variatie aan stages verwachten gedurende de opleiding: Interne geneeskunde en geriatrie, maar ook heelkunde en anesthesiologie komen bijvoorbeeld aan bod. Daarbovenop volg je ook een extramurale stage, bijvoorbeeld bij een huisarts. De opleiding rond je af met het zogeheten ‘meesterstuk’, waarbij je een verandering op het gebied van kwaliteit van de zorg of patiëntveiligheid implementeert binnen het ziekenhuis waar je op dat moment stage loopt.

Implementatie van verandering in zorgkwaliteit en patiëntveiligheid als afsluiting van de opleiding

Het afronden van de opleiding tot ziekenhuisarts vereist ook de uitvoering van een ‘meesterstuk’. Dit houdt in dat de arts een verandering of verbetering op het gebied van zorgkwaliteit of patiëntveiligheid implementeert in het ziekenhuis waar hij of zij op dat moment stage loopt. Dit meesterstuk is een belangrijk onderdeel van de opleiding en benadrukt het belang van continue verbetering en innovatie in de gezondheidszorg.

Officiële erkenning van de ziekenhuisartsopleiding in 2014

In 2014 werd de opleiding officieel erkend door het College Geneeskunde Specialismen. De opleiding duurt drie jaar. Het is in diverse ziekenhuizen al mogelijk om een coschap ‘ziekenhuisgeneeskunde’ te lopen.

Een holistische benadering van patiëntenzorg:

de rol van ziekenhuisartsen De opkomst van ziekenhuisartsen als een relatief nieuwe specialisatie in de geneeskunde heeft een belangrijke rol gespeeld in het verbeteren van de zorg voor patiënten met complexe medische aandoeningen. In tegenstelling tot specialisten die zich richten op een specifiek vakgebied, zijn ziekenhuisartsen generalisten die de hele patiënt in beschouwing nemen.